Op de tentoonstelling Onvoltooid Tegenwoordige Tijd (O.T.T.) die in 1990 in het Centraal Museum plaatsvond, toonden vijftien internationale kunstenaars imaginaire kunstwerken voor de publieke ruimte van Utrecht. De kunstenaars mochten zelf de plaats en omstandigheden van hun werk bepalen, waardoor de bijdragen veel weg hadden van utopische visies op de stad. Het initiatief voor dit project was afkomstig van de adviescommissie.
Een van de deelnemende kunstenaars was Johan Wagenaar. Voor zijn ontwerp liet hij zijn oog vallen op de ruïne van het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen van het Utrechts Conservatorium. In 1988 brandde dit neoclassicistische gebouw volledig af, waarbij alleen de buitengevel nog overeind bleef staan.
De vergankelijkheid en gelaagdheid van deze plek werden uitgangspunt voor zijn videowerk. Wagenaar creëerde een surreëel beeld: in de ruïne zwemt een school goudkarpers, terwijl op de achtergrond het geroezemoes klinkt van stemmen vermengd met voetstappen en voorbijrijdende auto’s. De kunstenaar realiseerde een imaginaire wereld binnen de alledaagsheid van de stad, als een herinnering aan de voorbije glorie.
Bijzonder is dat de video van Wagenaar de fundamenten toont van de voormalige romaanse Mariakerk uit de elfde eeuw, welke nog onder de afgebrande concertzaal verscholen ligt. Met de restauratie van het conservatorium is deze eeuwenoude geschiedenis weer onder de oppervlakte verdwenen. In die zin legt het werk van Wagenaar een bijzonder moment bloot waarin heden en verleden elkaar ontmoeten.
Naar aanleiding van de tentoonstelling O.T.T. besloot de gemeente om Sic transit gloria mundi (Zo vergaat ’s werelds roem) ook daadwerkelijk een permanente bestemming te geven. Het videowerk hangt sinds 1993 als een ‘levend schilderij’ in de entree van het conservatorium.
In 2018 is het werk gedigitaliseerd en opnieuw geplaatst in de hal van het gebouw van Kunst en Wetenschappen op de Mariaplaats. Het videokunstwerk is nu circulair en dag en nacht te zien.
Bekijk voor meer informatie de website van de kunstenaar.