Op de gevel van het voormalige buurthuis De Montere Koekkoek bracht Berend Hendriks een reliëf aan van diverse geometrische vormen zoals driehoeken, cirkels en halve cirkels. Het kunstwerk strekt zich uit over de gehele muur en is doorgetrokken in het hekwerk en de onderdoorgang die naar de binnentuin leidt. In het hek verwerkte Hendriks verticale en diagonale spijlen en langs de wanden en het plafond van de onderdoorgang herhaalde hij de cirkelvormen. Het werk van Hendriks is een typisch omgevingskunstwerk. Opvallend is dat het begin jaren negentig is geïnstalleerd, in de periode dat de abstracte, geïntegreerde kunst allang op haar retour was. Hendriks was in 1965 samen met Peter Struycken grondlegger van de nieuwe opleiding ‘Monumentaal Nieuwe Stijl’ in Arnhem, die later bekend werd onder de noemer ‘Arnhemse School’. Hendriks was van een oudere generatie die al een carrière achter de rug had als monumentaal kunstenaar. In de naoorlogse periode realiseerde hij vele wandkunstwerken en glasin- loodramen in het kader van de opkomende percentageregeling. Hierbij stond de kunst in dienst van de architectuur. Hendriks en zijn generatiegenoten verlangden op den duur naar een kunst die niet zozeer verbonden was aan een gebouw, maar zou samensmelten met de stedelijke omgeving. De monotone stedenbouw vroeg om een beeldend tegenwicht. Het idee was dat de omgevingskunst het leefklimaat in positieve zin kon beïnvloeden, of tenminste kon bijdragen aan een sterker bewustzijn van de woonomgeving. FT
